Teig had 'm als eerste gezien. Mekkerend en mauwend krabte ze tegen het raam. Nieuwsgierig geworden, liep ik de tuin in. En daar zat 'ie: een bruine rat. In onze achtertuin. Lekker dan.
Twee weken terug verschenen er bij de buren en bij ons grote gaten aan de zijkant van het schuurtje. Een muizenhol was er niks bij. De buren hadden voor gif gezorgd. Nu was dus ook duidelijk wat de bewoner onder het schuurtje was. En dat het gif werkte: hij/zij viel telkens om en was zo duf als wat.
Wat nu? Eerst de Gemeente Beuningen maar gebeld. Aangezien het kwart voor vijf was, was alleen de telefoniste nog aanwezig. Als de rat opgehaald moest worden, moest ik morgen maar terug bellen. Maar wel graag zelf even doodmaken door met een schop op het beestje te slaan. Tsja, noem mij maar een watje, maar dat durfde ik niet.
Daarna mijn opa gebeld. Die kwam langs, keek het beestje aan en wilde 'm wel meenemen. Maar ik wist zeker dat mijn oma een andere mening zou hebben.
Omdat duidelijk was dat het beestje veel pijn had en duidelijk niet lang meer zou leven, hebben we besloten zijn lijden zo kort mogelijk te houden.
Beste Gemeente Beuningen, komen jullie 'm nog even ophalen? Hij drijft met de pootjes omhoog in de sloot achter onze tuin.
2 opmerkingen:
Aaah.. wat een schatje.. Maar goed, hoort niet gaten te maken in de schuur.. Eigen schuld!
Dat was ook het hele probleem, dat 'ie er zo lief uitzag... Leek nog een jonkie, nog niet helemaal volgroeid.
Een reactie posten